Franse SCI en Belgische Kaaimantaks

Situering

De programmawet van 22 december 2023 heeft op verschillende punten de Belgische regeling “Kaaimantaks” gewijzigd met inwerkingtreding vanaf 1 januari 2024.

Eén van de gewijzigde elementen betreft de gewijzigde benadering van de Belgische regeling Kaaimantaks t.a.v. de Franse Société Civile Immobilière (SCI).

Hierbij staat centraal hoe de Belgische fiscaliteit vanaf heden toegepast moet worden op deze frequent voorkomende structuur.

Huidige gewijzigde context

De enige andere uitsluitingsgrond van de Belgische Kaaimantaksregeling waarvoor de Franse SCI “constructie” mogelijk nog in aanmerking kan komen is die van de zgn. 1%-regel.

Als de Franse SCI constructie niet zou voldoen aan deze 1% regel, wordt de regeling Kaaimantaks toepasselijk in hoofde van de Belgische aandeelhouders-natuurlijke personen en veronderstelt dit een verregaande aangifteplicht, met vermelding van het totale vermogen aangehouden in de SCI, maar tevens ook, belastingheffing alsof de SCI niet zou bestaan.

Bovendien zal de toepassing van de Kaaimantaks ook tot gevolg hebben dat de controle- en aanslagtermijn dermate wordt verlengd dat de fiscus 10 jaar lang de mogelijkheid krijgt om vragen te stellen en desgevallend de belastingplichtige met een bijkomende aanslag/boete te voorzien.

Het Franse onroerend inkomen dreigt op die manier dubbele belasting te ondergaan: naast de Franse belasting, nog eens 30% Belgische roerende voorheffing op het vermeende inkomen dat niet noodzakelijkerwijze uitgekeerd of ontvangen hoeft te zijn door de natuurlijke persoon.

De Belgische belastingplichtige dreigt vooral veel (onnodige?) onzekerheid te moeten verduren.

De 1%-regel toepassen om de kwalificatie van juridische constructie te ontkrachten, betreft evenwel geen sinecure én hoewel sommige adviseurs een jaarlijkse berekening lijken voor te stellen, lijkt dit in de praktijk zeker geen voorkeursscenario; het is veel en dure administratieve rompslomp.

De 1%-regel veronderstelt immers dat de belastbare basis van de SCI berekend wordt alsof het een entiteit betreft onderworpen aan de Belgische vennootschapsbelasting. Indien men dit resultaat verkrijgt, moet men nagaan of vervolgens in Frankrijk er daadwerkelijk minsten ten belope van 1% van dit resultaat effectieve belasting werd betaald (rekening houdende met het pro rata aandeelhouderschap van de natuurlijke persoon aandeelhouder). Dit is niet steeds het geval.

Gelet op deze recente wetswijziging lijkt het bijgevolg logisch dat de Belgische belastingplichtige zich de vraag moet stellen of hij:

  • Ofwel kan voorzien in een rechtzekere en efficiënte manier om de Franse SCI ten aanzien van de Belgische Kaaimantaks veilig te stellen;
  • Ofwel beter maar kan nadenken op een exit-scenario van de Franse SCI.

Een ruling aanvragen kan veel kopzorgen vermijden


Wie niet wenst wakker te liggen van de fiscale behandeling van zijn of haar deelname in een Franse SCI, kan overwegen een ruling aan te vragen waarbij de Belgische fiscale aspecten volledig worden afgetoetst.

Deze rulingaanvraag kan zowel gaan over de blijvende participatie in de Franse SCI als over een scenario waar een einde wordt gesteld aan de structuur.

Onzekerheid wordt verholpen door met de Belgische administratie een volledig akkoord te bekomen over de fiscale gevolgen.

Taxruling.be helpt u graag verder met deze oefening door u in eerste instantie duidelijk te adviseren over welke mogelijkheden u heeft.

Vervolgens helpen wij u graag verder met het aanvragen van een ruling zodat u op beide oren kan slapen.

Lees hierna hoe Taxruling.be u kan helpen.

Het proces

01

Wij nemen grondig de tijd om gezamenlijk met u uw rechtspositie te analyseren.

02

In samenspraak bereiden we de rulingaanvraag optimaal voor zodat al uw belangen daarin aan bod komen.

03

Het resultaat van de bekomen beslissing lichten we toe op een pragmatische manier zodat u direct aan de slag kan.